Spring naar inhoud


Zuiver leven

Beatrijs Ritsema

Een koe moet je niet met kattebrokjes voeden en een kat is niet gebaat met hooi. Hun respectieve spijsverteringssystemen kunnen daar niet mee uit de voeten. De evolutie heeft het ene dier tot vegetariër bestempeld en het andere tot carnivoor. Zij bewegen zich binnen nauw omschreven voedingsmarges. Heel anders ligt het bij de mens. Zoals ieder lagere-schoolkind kan vertellen, behoort hij tot de klasse der omnivoren, wat betekent dat hij alles kan eten wat hij wil. Net als ratten en varkens – niet toevallig horen deze dieren tot de intelligentere onder de soorten. Gegeven dit specifieke spijsverteringssysteem, dit dictaat van de natuur, kun je niet volhouden dat vlees eten ongezond is. Daarmee tast je de definitie van de menselijke spijsvertering aan.

Een dictaat van de natuur kan niet ongezond zijn. Als de natuur voorschrijft dat wij mensen ons via seksuele omgang voortplanten, dan kunnen wij leuk aan de gang gaan met kloon- en reageerbuistechnieken, maar je kunt niet intussen beweren dat voortplanting via seks ongezond is. De evolutie schrijft mensen onder andere seks voor en omnivorisme. Wie uit vrije wil buigt voor deze dictaten kan worden beschuldigd van de meest vreselijke wandaden, maar niet van ongezond handelen, want dan zou de evolutie een fout gemaakt hebben en dat doet de evolutie nooit.

De heer Zeiss uit Nieuwegein schrijft in een ingezonden brief van zaterdag 3 juli dat ik me te buiten ga aan ‘de naturalistische drogreden’, omdat ik Maarten ’t Harts vegetarisme afwijs met een beroep op de evolutie. Maar ik beschrijf slechts een statistische waarheid. Bovendien wijs ik geen vegetarisme af, ik maak bezwaar tegen de stelling dat vlees eten ongezond zou zijn. In het licht van de evolutietheorie is dat onmogelijk. Het kan eenvoudig niet waar zijn. Het is te vergelijken met iemand die naar een kleurentv zit te kijken en zegt dat de kleur rood niet zo best is voor de hersenen. Uit veiligheidsoverwegingen stelt hij het toestel in op monochroom en ziet alle programma’s in zwartwit. Hij kan dat rustig doen, maar hij moet niet denken dat dat gezonder is.

Maarten ’t Hart haalt zijn wijsheid van de Amerikaanse voedingsdeskundige Colin Campbell die in 1982 een onderzoek in China deed, waarin een verband werd gelegd tussen het eten van vlees en kanker. Het zal allemaal best kloppen, maar het is alweer vijftien jaar geleden en blijkbaar zijn deze ogenschijnlijk harde resultaten later niet door andere onderzoekers opnieuw aangetroffen. Als dat wel het geval was geweest, dan heb ik wereldnieuws op de voorpagina’s van kranten gemist en bovendien zou in elke wachtkamer van elke huisarts een affiche hangen met teksten als ‘Vermijd vlees! Vermijd kanker!’ Maar die affiches hangen er niet en dat is niet verwonderlijk, want het wetenschappelijke verband kan niet worden aangetoond. Dat zal ook nooit gebeuren, want je kunt je eigen definitie (je eigen spijsverteringssysteem) niet ontkrachten.

In het wetenschapskatern van deze krant wordt een verwante discussie gevoerd tussen natuurarts Houtsmuller en moleculair bioloog Piet Borst over de vraag of ‘gezond voedsel’ remmend kan werken op het ontstaan van kanker. Afgelopen zaterdag stelde Borst vast dat dit effect er niet was, behalve dan voor de rokers en de drinkers. Hun kansen op kanker namen af, wanneer zij relatief veel groente en fruit consumeerden. Maar nog altijd kunnen ze veel beter ophouden met drank en tabak.

Vegetarisme kan niet worden ingezet als afweermiddel tegen kanker, want het is niet effectief. Een vegetarisch dieet is niet vanuit de aard der zaak gezonder dan een evenwichtig en gematigd omnivoor eetpatroon. Maarten ’t Hart schrijft nota bene in zijn eigen bundel ‘De gevaren van het joggen’ dat hij vreselijke diarree kreeg van al die fruit- en groentehapjes.

De enige juiste reden om vegetariër te worden ligt dan ook in de ethiek. Je kunt het zielig voor dieren vinden om ze dood te maken en op te eten. Dat is een legitiem en respectabel sentiment, maar van een geheel andere orde dan het gezondheidsargument. ’t Hart gebruikt beide motieven en dat versterkt de vreugdeloosheid van zijn levensbeschouwing. Je ziet dat vaker bij kleine ideetjes die uitdijen tot alomvattende ideologieën. Ineens snijden messen aan twee kanten en kom je in win-win situaties terecht. Vegetarisme is niet alleen gezond voor jezelf, het is ook sympathieker voor onze mede-dieren. Nobelheid en zelffeliciterende abstinentie liggen dicht bij elkaar. Ik zie de pelgrim zich voortslepen vijfhonderd jaar geleden, op z’n bloedende knieën voorwaarts naar Santiago, menend dat hem zo het Koninkrijk der hemelen zou toevallen. Een jammerlijke misvatting, want hij ligt gewoon van niets te weten in zijn graf. Zonde van de moeite en van z’n knieën. Vegetarisme slaat twee vliegen (of moet ik zeggen twee graankorrels?) in een klap: zowel lichamelijke gezondheid als morele perfectie, in de zin van een consequent doorgevoerd ‘gij zult geen levende wezens doden’’-gebod. Iemand die een venkelknol eet is vanzelfsprekend een moreel hoogstaander persoon dan iemand die gedachteloos een broodje halfom naar binnen slaat. Want, bio-industrie, legbatterijen, groeihormonen en abattoirs.

Het is fijn om jezelf gezond en moreel superieur te achten van dag tot dag, van maatijd tot maaltijd. Zoiets geeft een kick. Pilaarheiligen, anorexiepatiënten en celibaatbeoefenaren kunnen hierover meepraten. Mensen met principes zijn geen vrolijke Fransjes. Ze zullen nooit eens in een impuls een zak met vettigheid op de kermis kopen, zich een stuk in de kraag drinken of zich door de verkeerde laten versieren. Dat past niet in hun concept van zuiver leven.

Vegetarisme laaat geen ruimte om te marchanderen. De door mij aangeschafte scharrelkippen, -koteletten en de uit de vrije pampa’s van Argentinië afkomstige stress-vrije biefstukjes hebben niets te betekenen behalve dat ik het geld heb om ze te betalen. Ik geef onmiddellijk toe dat ik naar de kiloslager zou snellen als ik een arme bijstandsmoeder was. Ik leid een onzuiver leven, omdat ik buig voor het dictaat van de natuur die voorschrijft dat dieren andere dieren opeten. Het is een zelfzuchtige, harteloze, wrede leefwijze, maar persoonlijk beleef ik er wel plezier aan. In de sector huismiddeltjes tegen kanker schijnen lachen en plezier trouwens ook nut te hebben.

Artikelen in NRC-column.


0 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.



Sommige HTML is toegestaan