Spring naar inhoud


Verdrietige weduwe

© Sjoerd van der Zee

Beste Beatrijs,

Ik (vrouw van 74) ben sinds een jaar weduwe en mis mijn man nog steeds verschrikkelijk. We waren 45 jaar getrouwd. Als ik iemand tegenkom – op straat of bij een samenzijn – wordt mij regelmatig gevraagd: ‘Hoe gaat het nu met je?’ Ik zeg dan af en toe naar waarheid: ‘Ik voel me doodongelukkig’. Waarop ik reacties krijg als: ‘En je kan nog zo goed lopen!’ ‘Ga lekker reizen’, ‘Neem een computer’ of ‘Ga bridgen’. Maar dat wil ik helemaal niet. Het enige wat ik wil is een beetje begrip. Of ben ik te veeleisend?

Verdrietige weduwe

Beste Verdrietige weduwe,

De ‘Hoe gaat het?’ vraag is in de eerste plaats een formaliteit. Mensen willen helemaal niet horen hoe het echt met iemand gaat, ze zeggen het bij wijze van conventionele gespreksopening. Wanneer ze tegenover u het woordje ‘nu’ invoegen, lijkt het erop alsof de vraag meer betekenis heeft. In ‘nu’ zit de dood van uw man immers verdisconteerd, maar in werkelijkheid willen ze alleen horen dat het u beter gaat dan voorheen. Ze willen niet horen dat het nog steeds slecht gaat, want ze weten niet wat ze daar mee aan moeten en ze weten zich geen houding te geven tegenover rouw. Dat valt hun wel een beetje maar niet heel zwaar aan te rekenen, want het ís ook heel moeilijk om je te verstaan met andermans rouw.

Natuurlijk mag u ‘Ik voel me doodongelukkig’ antwoorden, maar kijk uit tegen wie u dit zegt. Mensen die u niet heel na aan het hart liggen zullen schrikken, nadere vragen stellen en u proberen op te monteren met het verschrikkelijke resultaat wat u beschrijft. U wil niet horen dat u moet computeren of bridgen en gelijk hebt u. Maar lok het dan ook niet uit! Ga niet met die mensen in gesprek over uw gemoedstoestand. Waarom zou u hen bij u binnenlaten? U kunt beter op een neutrale manier ‘Goed, hoor, en met jou?’ zeggen. Dan wordt de aandacht naar uw gesprekspartner verschoven, zodat u buiten schot kunt blijven. Of u antwoordt: ‘Alles gaat slecht en voor de rest gaat alles goed.’ De onverschilligen op afstand houden zal beter werken voor uw gemoedsrust.

Spreek alleen serieus over hoe het met u gaat met intimi die werkelijk een luisterend oor kunnen bieden, die zich in u kunnen verplaatsen en die niet klaar zitten met goedbedoelde onzin-adviezen om u op te fleuren. U hoeft niet te worden opgefleurd, want u verkeert in verdrietige omstandigheden: u mist uw man na 45 jaar huwelijk. Woorden van troost klinken al snel vals in dit perspectief. Houd u vast aan de schaarse mensen die dichtbij u staan en zoek niet bij anderen het begrip dat ze niet kunnen opbrengen.

Artikelen in Aanspreken en begroeten, Dood en begrafenis.

Gelabeld met , , .


1 reactie

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.

  1. E. van Lierop schrijft

    Doet me denken aan toen mijn eigen man ernstig ziek was, nog heel jong. Mensen vragen inderdaad hoe het gaat, maar als je kanker hebt, kun je maar beter snel sterven of beter worden, want een lange ziekte, daar zijn de meeste mensen niet tegen opgewassen. En dan krijg je uitwassen als dat mijn moeder op een vraag naar waarheid antwoordde ‘Niet goed, hij boert steeds achteruit’, en de vragensteller daarop zei dat hij blij was dat het zo goed ging.



Sommige HTML is toegestaan