Toen ik jong was, had ik geen vooroordelen en las ik onbekommerd in het wilde weg. Na mijn 25ste veranderde dat en ging ik selectiever te werk. Aan sommige boeken begon ik niet eens en een heleboel las ik zelfs niet meer uit. Vroeger vond ik het verkwisting om een boek niet uit te lezen (je moet toch afmaken waar je aan begonnen bent), nu vind ik het verkwisting van mijn tijd om iets wel uit te lezen, wat me niet interesseert. Zo komt het dat mijn lijstje van overschatte boeken niet erg up to date is. De aanvechting is groot om De naam van de roos van Umberto Eco erop te zetten, omdat ik denk dat het een modieuze hype was met postmoderne woordenspelletjes, vol filosofische verwijzingen en driedubbele lagen, terwijl dit complexe geheel toch lekker leesbaar werd gehouden door de spannende detective-plot in een folkloristisch middeleeuwse entourage. Maar het blijft mijn vooroordeel en wie weet is het echt een prachtig boek.
1. Pippi Langkous van Astrid Lindgren. De schrijfster is over de wereld veel beroemder dan Annie Schmidt. Ten onrechte. Als kind stoorde ik me eraan dat Pippi een paard kon optillen. Dat vond ik ongeloofwaardig. Later kon ik dat fenomeen als een deus ex machina benoemen. Bij Annie Schmidt komen die niet voor, ook al spreken kinderen met dieren.
2. De geverfde vogel van Jerzy Kosinsky. Aanvankelijk zeer van onder de indruk, omdat ik het idee had dat het zijn eigen belevenissen waren als jongetje in de oorlog. Later voelde ik me bekocht, toen in een interview bleek dat hij het allemaal verzonnen had.
3. In de ban van de ring van Tolkien. Op aandringen van vrienden ploegde ik me door deze sprookjesqueeste heen, maar halverwege deel 2 van de trilogie werd het me teveel. Ik kan niet uit de voeten met kabouters.
4. Uit dezelfde tijd: Steppenwolf van Hermann Hesse. Diepzinnig! Vervreemding! Ultieme eenzaamheid! Ik onderstreepte passages en deed mee met de discussie, maar eigenlijk ging het hele boek langs me heen, wat ik niet durfde toe te geven.
5. De tweede sekse van Simone de Beauvoir. Ook een voorbeeld van een bijgesteld oordeel. Toen ik het las vond ik het belangrijk op een abstracte manier (ik werd er niet persoonlijk door aangesproken). Sindsdien is haar eigen leven in zo schrille tegenstelling gebleken met haar theorieën, dat ik mijn schouders ben gaan ophalen over dat boek.
6. Intussen was ik me wat meer op critici gaan oriënteren in plaats van op vrienden. Ik las Opwaaiende zomerjurken van Oek de Jong. Niet alleen kan ik me nu in de verste verte niet herinneren waar dat boek over gaat, ik weet ook nog dat ik, toen ik het las, me voelde alsof ik me door een berg stopverf heen at. Maar ik heb het uitgelezen.
7. The White Hotel van D.M. Thomas. Fantasmagorische seks en weerzinwekkende vernietigingskampscènes. Geschreven vanuit een psychoanalytisch kader en daarom blijkbaar verheffend. Een kitschig boek.
8. Into the Heart of Borneo [check] van Redmond O'Hanlon. Toffe avonturen van een met zich zelf ingenomen avonturier.
9. Your Baby and Child van Penelope Leach. Volgens deze moderne opvoedingsgids moeten ouders offeren op het altaar van het kind. Op een feestje hoorde ik laatst een vrouw erover klagen dat ze haar acht- en zesjarige kinderen nooit voor half elf in bed kreeg en dat ze gewend waren bij elk uitstapje speelgoed te krijgen, een gewoonte die wat begrotelijk werd. Op mijn vraag hoe dat zo gekomen was, antwoordde ze dat Penelope Leach had geschreven: 'You can't spoil young children'. Wat mij dan weer verbaast, is dat mensen inderdaad doen wat er in een boek staat, ook als het tegen alle intuïtie ingaat.
10. …..van Marcel Möring. Sorry, ik ben maar tot pagina 30 gekomen. Misschien had ik moeten doorzetten, zoals met andere niet-uitgelezen boeken. Ik noem het alleen, omdat het de AKO-prijs kreeg in directe concurrentie met De ontdekking van de hemel [check a.u.b.] van Harry Mulisch. Toevallig vond ik dat een briljant boek. Een gedoodverfd winnaaar als het ware. Een jury wordt dan obstinaat. Dat kan ik me voorstellen. En dan wint Marcel Möring. Omdat Mulisch toch hors concours is en geld zat heeft. De jongeren hebben een opstootje nodig. Maar het blijft overschatting.
Beatrijs Ritsema
0 reacties
Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.