Eddy van der Zee: Het vitale brein. Hoe de hersenen sterk en dynamisch te houden. Uitgever Bert Bakker. 229 p. € 18,95
Zou ik last hebben van tau-pathologie? Na ettelijke uren besteed te hebben aan Het vitale brein. Hoe de hersenen sterk en dynamisch te houden kost het mij de grootste moeite om een coherente samenvatting te geven van wat ik zoal te weten ben gekomen. Althans, dat hangt ervan af op welk niveau van analyse het onderwerp (ouder wordende hersenen) bij de kop wordt genomen. Zolang dit niveau breed en algemeen blijft, kan ik het prima volgen. Maar hoogleraar moleculaire neurobiologie, Eddy van der Zee, voert de lezer mee naar het allerspecifiekste niveau van neuronen, synapsen, neurotransmitters, spines, gliacellen, astrocyten, oligodendrocyten enzovoort.
Het is een wereld die niet onmiddellijk behapbaar is voor leken. En of de leek er veel mee opschiet om zich deze specifieke terminologie en de bijbehorende moleculaire processen eigen te maken lijkt ook twijfelachtig. De algemene strekking van Het vitale brein is glashelder: de hersenen van mensen die ouder worden (globaal vanaf een jaar of zestig) veranderen, de denksnelheid en geheugenprestaties nemen af, maar de algemene kennis neemt juist toe. Ouderen zijn minder goed in staat om snel nieuwe dingen te leren, maar kunnen vaak beter verbanden leggen.
Het ouder wordende brein is geen kwestie van pathologie, maar een functionele adaptatie aan veranderde omstandigheden. Net zoals puberhersens nog niet volgroeid zijn, maar wel functioneel voor de opdracht die past bij de leeftijd, ondergaan hersens vanaf de middelbare leeftijd opnieuw een reorganisatie. Van der Zee vat die adaptatie samen onder de noemer levenswijsheid. Concreet: een ouder iemand kan vaak niet op namen komen, maar weet precies hoe het patroon van overspel eruit ziet.
Een fijne opsteker voor de ouderen onder ons, wat niet wegneemt dat het boek vol staat met dingen die op hersenniveau misgaan en uiteindelijk uitmonden in dementie. Neem de tau-pathologie. Tau is een cytoskeleteiwit in het axon van een neuron dat traptreden vormt die tijdelijk afgebroken moeten worden om bepaalde boodschapperseiwitpakketjes door te laten. Na doorlating moeten de traptreden zich weer razendsnel hergroeperen in de oorspronkelijke vorm. Bij deze omslachtige procedure gaat, naarmate mensen ouder worden, vaker iets mis: zieke neurons, geblokkeerde transporten met uiteindelijk een hoopje onbruikbare tau-eiwitten op een hoopje in de cel geklonterd. Ook al verloopt dit proces heel geleidelijk en wordt de meerderheid van de ouderen niet dement, het beeld van die tau-pathologie is toch lichtelijk verontrustend.
Het is niet duidelijk voor welk lezerspubliek Het vitale brein is bedoeld. De auteur bedient zich van een enorme hoeveelheid wetenschappelijke vaktermen waarmee hij specifieke hersenprocessen en verbanden analyseert. Weliswaar wordt alles precies gedefinieerd, uitgelegd en ingekaderd, maar met zo veel nieuwe begrippen ben ik als bijna-oudere geneigd te vergeten wat er ook alweer bedoeld werd met het twintig pagina’s eerder geïntroduceerde ‘cholinerge systeem’, en moet ik dus weer terugbladeren. Daar komt bij dat de schema’s die als illustratie moeten dienen zo klein zijn afgedrukt dat er een loep aan te pas moet komen om ze te bestuderen. Eigenlijk is het boek een leerboek vol met zware kost, waar ik niet voor gemotiveerd ben omdat neurotransmitters me niets extra’s duidelijk maken over ouderdom, wat ik niet allang weet door om me heen kijken.
Om de dementie buiten de deur te houden adviseert de auteur lichaamsbeweging, sociale contacten, een open instelling houden en vooral niet achter de geraniums te gaan zitten. Oké, ik zal mijn best doen, maar die boodschap had ik al eerder gehoord.
Beatrijs Ritsema
0 reacties
Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.