Spring naar inhoud


De gouden bal

Zorgbezuinigers doen graag een beroep op volwassen kinderen om zich sterker in te zetten voor hun bejaarde ouders. In dit moreel appèl fungeren professionele krachten als stand-in voor familieleden die het er uit zelfzuchtige motieven bij laten zitten. Het ideaaltype van zo’n betrokken kind is natuurlijk de nestblijver die zijn hele leven in het ouderlijke huis is blijven wonen. De moderne nestblijver (doorgaans is het een man) is thuis blijven hangen uit sloomheid of onoplettendheid. Hij werd in ieder geval niet door zijn ouders tegengehouden om uit te vliegen, zoals dat vroeger wel met dochters gebeurde. In de pre-Aow-jaren was het onder ouders van een groot kindertal niet ongebruikelijk om een van de dochters al dan niet openlijk tot nestblijver aan te wijzen. Terwijl de andere kinderen trouwden en vertrokken, bleef het aangewezen kind achter om de latere zorg van haar ouders op zich te kunnen nemen.

Dit soort superrationeel ouderschap, waarin ouders zich gerechtigd voelen om iets terug te nemen van wat ze in ruime mate gegeven hebben, namelijk zorg, wordt met terugwerkende kracht als verwerpelijk beschouwd. Wat niet wegneemt dat ouders van moderne nestblijvers ontegenzeggelijk baat ondervinden: als ze oud en gebrekkig worden, gaat het allemaal stukken makkelijker met de zorg en de hulp aan huis.

Toch blijft het een deprimerende constructie, zo’n vrijgezelle veertiger of vijftiger die met 70-plus ouders een gezinnetje vormt. Hoe vrijwillig ook, de nestblijver heeft gefaald, hij is blijven steken in de larvefase en heeft zich niet ontwikkeld tot autonoom individu. Dit druist in tegen de morele intuïtie over de natuurlijke gang van zaken. Die intuïtie dicteert een asymmetrische verhouding tussen ouders en kinderen. Het komt erop neer dat ouders heel veel geven aan kinderen en daar weinig voor terug zien. Eenzijdig altruïsme komt in menselijke betrekkingen eigenlijk niet voor, afgezien van een incidentele barmhartige Samaritaan. Tussen vrienden, op het werk, tussen buren, overal regeert wederkerigheid. Voor werk krijg je een salaris. Voor vrienden doe je aardige dingen, maar in de verwachting dat je ook eens wat terugkrijgt. Wordt die verwachting niet ingelost, dan komt er een eind aan de vriendschap. Er loopt altijd een teller mee van kosten en baten, en de boekhouding mag niet serieus uit balans raken. Behalve dus tussen ouders en kinderen – in die relatie hoeft er niet te worden terugbetaald.

Het lijkt een onrechtvaardige opzet. Eerst investeren ouders al hun energie in het grootbrengen van kinderen en vervolgens krijgen ze daar niets voor terug. Het zou eerlijker zijn, wanneer die kinderen de gebrachte offers zouden retourneren en hun bejaarde ouders zouden verzorgen. Dat zou de uit de pan rijzende kosten van de verzorgingsmaatschappij ook behoorlijk dempen. Maar het principe van wederkerigheid kan niet worden toegepast op de relatie tussen ouders en kinderen, omdat kinderen alles wat ze van hun ouders hebben gekregen niet meer dan normaal vinden en zich niet in de schuld voelen staan. Om het eenzijdige altruïsme waarvan een kind de vruchten heeft geplukt opnieuw te doen ontvlammen is een metamorfose nodig: het kind moet zich ontpoppen tot ouder.

In tegenstelling tot alarmerende berichten over afgedankte en vereenzaamde oudjes blijven kinderen ook in deze geïndividualiseerde cultuur wel degelijk loyaal aan hun ouders en doen zij hun best om hen bij te staan en de relatie te onderhouden. Maar voor concrete lichamelijke zorg, financiële kost en inwoning, zoals zij die als kind verstrekt hebben gekregen, deinzen zij terug. Ouders verlangen dat ook helemaal niet van hun kinderen, sterker nog, ze gruwen ervan. Zoals de dichter Börries von Münchhausen het verwoordde: ‘den goldnen Ball wirft jeder lächelnd weiter,/ und keiner gab den goldnen Ball zurück!’ Het opofferende altruïsme gaat maar één kant op: neerwaarts naar de volgende generatie.

Artikelen in Column.


1 reactie

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.

  1. CH schrijft

    Het is niet onrechtvaardig dat de ouders veel in het kind investeren en daar “niets” voor terugkrijgen. Wie hebben het kind gewild? Zet je een kind op de wereld, dan heb je de morele en juridische plicht om daarvoor te zorgen. Daar krijg je geen standbeeld of medaille voor. Wat niet wil zeggen dat kinderen hun ouders niet kunnen waarderen of respecteren maar de zorg an sich is iets dat ouders gewoon aan hun kinderen die ze zelf op de wereld wilden zetten verplicht zijn. Niks onrechtvaardigs aan.



Sommige HTML is toegestaan