Een lofwaardige actie van Knevel en Van den Brink om midden in het allesoverheersende voetbalgedruis en de gestapelde bierkratten op Terschelling de aandacht ergens anders op te richten. Nee, hè, toch geen Zwarte Piet in de zomer?! Maar juist omdat er dan geen druk op staat, moet het in de zomer. Een koortsig onderwerp is gebaat bij enige distantie. Niet dat het seizoen veel uitmaakte overigens. Voor- en tegenstanders zitten muurvast ingegraven in hun posities. Het meest absurde onderdeel van deze vertoning was de parade van drie pieten: een traditionele Zwarte Piet, een compromispiet (op basis van een inventariserend onderzoek van het Centrum van Volkscultuur) en een progressieve, paars geschminkte piet. Tradities kun je niet van bovenaf veranderen of opleggen volgens directeur Ineke Strouken, maar met de compromispiet die zij naar voren schoof deed zij precies dat! Zelden zo’n wangedrocht gezien.
Geen wonder dat dit misbaksel door 90 procent van de instant reageerders op dit programma werd weggestemd. Het compromis bestond eruit dat allerlei details, zoals oorringen, een woest, zwart krullenkapsel en rode zoenlippen waren geschrapt, terwijl de hoofdzaak, de huidkleur, ongemoeid was gelaten, nu ja, afgezwakt van zwart naar bruin. Afgezien van de glad naar achteren (in een knotje?) getrokken, steile haren die de indruk wekten van een kleuterjuf op leeftijd, had deze compromispiet nog het meest weg van een etnische Nederlander. Waar je de oorspronkelijke Zwarte Piet met geen mogelijkheid voor allochtoon zou houden (daarvoor zijn de kenmerken veel te extreem), lijkt de compromispiet precies op een normale Nederlander van onbestemd allochtone afkomst. De compromispiet is nog veel beledigender dan de traditionele Zwarte Piet!
Het gaat niet om oorringen – de helft van Nederland inclusief mannen loopt met grote of kleine ringen door een of twee oren. Het gaat niet om rode zoenlippen – Angelina Jolie, Dolly Parton en Kim Holland hebben ook opgezwollen, vet gestifte lippen. Het gaat niet om een pruik met grove, zwarte krullen – geen enkele allochtoon voelt zich hierdoor weggezet, want de haardiversiteit onder allochtonen is daarvoor veel te groot. Het gaat ook niet om krompraten, onderdanigheid of de rol van boeman die kinderen angst aanjaagt. Die aspecten van de figuur zijn allang verdwenen. In het Sinterklaasjournaal is al jaren geen sprake meer van ‘Zwarte Piet’, maar van de soortnaam ‘piet’ – zonder hoofdletter omdat het een beroep is, zoals loodgieter of chirurg. De pieten bieden als side-kick komisch tegenwicht voor de plechtige, relatief statische Sinterklaasrol. Ze geven fysieke schwung aan het theater, ze spreken correct Nederlands, ze worden al sinds decennia ook door vrouwen gespeeld (er is niets opmerkelijks aan een piet met een deinende voorgevel), ze dreigen nooit met een zak, ze kunnen slim zijn of stuntelig, uit hun bol gaan, maar ook heimwee hebben of verlegen zijn. Omdat er zo veel pieten nodig zijn, biedt de rol eindeloos veel invulmogelijkheden.
De zogenaamde modernisering van de figuur Zwarte Piet die het Centrum van Volkscultuur voorspelt heeft al lang plaatsgevonden. Daar gaat de discussie helemaal niet over. Die gaat over huidkleur en niets anders dan dat. Huidkleur is een even ongezellig als precair onderwerp. Iedereen die zegt dat de zwartheid van Zwarte Piet er niet toe doet, omdat beschaafde mensen heus wel weten dat zwart niet onderdoet voor wit, steekt z’n kop in het zand. Het raciale onderscheid tussen zwart en wit mag dan pro forma uitgebannen zijn, maatschappelijk gezien doet het er heel veel toe en als er één gebied is, waarop je geen gesteggel over discriminatie kunt gebruiken, dan wel het vrolijke, alle kinderen insluitende Sinterklaasrollenspel.
Moorse page, ontvoerde negerslaaf, Scandinavische bosgeest, roetbesmeurde schoorsteenknecht, Zwitserse paniekzaaier, middeleeuws archetype, wat kan het schelen?
Vergeleken hiermee is de oorsprong van Zwarte Piet ten diepste irrelevant: Moorse page, ontvoerde negerslaaf, Scandinavische bosgeest, roetbesmeurde schoorsteenknecht, Zwitserse paniekzaaier, middeleeuws archetype, wat kan het schelen? Als verplichte zwartheid sommige bevolkingsgroepen pijnlijk treft, is het wel zo beleefd om daar rekening mee te houden en het kleurenspectrum van de schminkdoos te verruimen. Kinderen zullen niet eens merken dat een traditie uitgezoomd wordt. Het is nu zomer, vroeg genoeg om kleurtjes, stippeltjes of streepjes in de mentale marinade te zetten. Er hoeven maar een paar vrijwilligers naar een ander kwastje te grijpen en de impasse is doorbroken. De toekomst is aan de polychrome pieten.
Nu vind ik de opgevoerde emotie, gebaseerd op gevoelens van gekwetst zijn, grote onzin. Je kan als bestuurder niet rekening gaan houden met eenieder. Iedere concessie roept bij anderen weer onaangename gevoelens op, en dat is niet via de rechter op te lossen.
Die oorspronkelijke gevoelens van gekwetstheid, wat daarvan ook zij, zullen door concessies niet verdwijnen maar zich enkel richten op andere aspecten van onze volkscultuur.
Het is vervelend als ik door deze opvatting nu word gekarakteriseerd als ‘muurvast ingegraven’. Het is niet zo dat de waarheid altijd in het midden ligt. Het kan ook zo zijn dat mensen met volstrekt onredelijke eisen komen, waaraan je beter niet kunt toegeven.
De mensen die zo tegen Zwarte Piet zijn, hebben nooit slavernij ondergaan. Behalve misschien als zij zo oud zijn als Sinterklaas. Het kwetsen van hun gevoelens door Zwarte Piet zal vast niet onoverkomelijk zijn. Als dat wel zo is, moeten zij zich, als minderheid, aanpassen aan de meerderheid, die geen kwaad ziet in Zwarte Piet. Dat is een democratisch beginsel, de meeste stemmen gelden.
Als Nederlandse, niet aan een man onderdanige vrouw, voel ik mij gekwetst wanneer ik een boerka of nikaab zie. Dat confronteert mij er telkens weer mee dat in veel landen in de wereld vrouwen onderdrukt worden en als eigendom van hun vader, broer of man gezien worden. Als slaaf dus eigenlijk. Vandaag de dag. Niet eeuwen geleden. Om mijn gevoelens te ontzien zou dat verboden moeten worden…
Bij dit debat lijkt het wel het allerbelangrijkst wie er zielig is, wie tot slachtoffer en gedupeerde gerekend kan worden en in welke mate. Degene die er het “slechtst” aan toe is moet het meest tegemoet gekomen worden. De zieligen krijgen gemakkelijk het gelijk aan hun kant. Het is een soort “passive agressive” gedrag en het heeft met inhoud echt niets te maken. Wat een treurigheid, al die zielepieten! Wanneer krijgen we nu eens genoeg van al dat slachtofferschap?