Beste Beatrijs,
Ik stam nog uit de tijd dat het heel onbeleefd was een prijskaartje aan een cadeautje te laten zitten. Boeken-, platen- of tegoedbonnen getuigden van gemakzucht en waren hetzelfde als geld geven. Ook heb ik nog geleerd dat cadeautjes geen verplichting zijn en dat je beter een bloemetje kan geven dan een ongeïnspireerd duur cadeau.
Ik erger me dan ook aan de om zich heen grijpende gewoonte een soort collecte te houden voor jubilea die ‘gevierd’ moeten worden. Laatst kreeg ik van de kinderen van een bevriend echtpaar een hoera-brief dat hun ouders nu toch echt 40 jaar getrouwd zijn. Er stond: ‘Geheim!!! Onze ouders weten niet dat wij dit organiseren. Maar wij weten dat ze heel graag nieuwe meubeltjes willen kopen en dat ze die liever hebben dan allemaal kleine cadeautjes. U kunt uw bijdrage storten op rekeningnummer …’ De banken zijn tegenwoordig traag met het zenden van dagafschriften. Mijn overboeking was kennelijk nog niet aangekomen, waardoor ik voor alle zekerheid door een van de liefhebbende kinderen werd nagebeld: waar bleef het geld?
Nog-net-geen-wanbetaler
Achter bedelbrieven aanbellen is bijzonder ongepast. Of u nu al wel of nog niet had betaald, zo’n telefoontje had reden kunnen zijn om maar helemaal van het feestje weg te blijven. Het is niet de taak van het feestcomité om toegangsprijzen te heffen voor de genodigden. Dit staat gelijk aan afpersing.
U heeft natuurlijk gelijk met uw opvatting dat het ideale cadeautje vrijwillig is, uit het hart van de gever komt, zorgvuldig op de ontvanger is afgestemd, en een vleugje luxe heeft. Men geeft elkaar geen doos met 50 tubes tandpasta onder het motto dan zit je de komende jaren goed.
Aan de andere kant wordt iedereen langzamerhand ziek van de geinige bibelots uit de cadeauwinkel. Mensen raken geïrriteerd bij de aanblik van stapels cadeauboeken en -cd’s, waarvan ze weten dat ze ze nooit zullen lezen, nooit zullen beluisteren. Oké, een goede fles wijn komt altijd van pas, een doos bonbons komt ook wel op. Toevallig ben ik zelf altijd zeer in mijn sas met boekenbonnen. Maar de rest van de luxe. Wat moet je ermee? Het probleem is dat iedereen zo verschrikkelijk rijk is dat ongeveer de helft van de consumptie uit impulsaankopen bestaat. Het collecteren waar u bezwaar tegen heeft is een uit nood geboren logische stap, omdat in de duurdere regionen mensen soms nog wel eens een wensje bezitten. Moderne correctheid schrijft voor dat de ingezamelde gelden voor iets beschaafd luxueus’ van blijvende waarde moeten worden aangewend. Een kunstwerk bijvoorbeeld of een antiek cilinderbureau. Dokken voor andermans vakantiereisjes wordt bedenkelijk gevonden en het subsidiëren van een nieuwe badkamer is helemaal ordinair. Vandaar uw probleem met de ‘meubeltjes’.
Maar wat kan het u eigenlijk schelen? Al bestellen ze de winterschilder voor het cadeaugeld of nemen ze plastische chirurgie. Het is toch allemaal consumptie. Juist omdat iedereen alles al heeft, komen we niet meer af van elkaar geld geven. In tegenstelling tot wat u meent zijn cadeautjes (in welke vorm dan ook) wel degelijk een verplichting. Niemand gaat met lege handen naar een feestje, want voor eeuwig sta je dan bekend als gierige klaploper.
0 reacties
Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.