Beste Beatrijs,
Wat zou u doen, als u een bord soep moet opeten, waar u geen zin in hebt? Er is geen grond om het woedend op te smijten, er is geen ober om het bord weg te halen, er is verder niemand in de kamer, behalve u met dat bord soep en u moet het opeten. Mijn broer stelde mij deze vraag toen we nog op de middelbare school zaten en dit werd een filosofisch, existentieel probleem voor mij. Iedere oplossing werd door hem namelijk afgekeurd.
In de soep gedraaid
Beste In de soep,
Dit is een eigenaardig probleem, zeker als je bedenkt dat je een weigerachtige peuter nog met geen tien paarden kunt dwingen zijn bordje andijviestamppot naar binnen te werken. In uw geval is het bord soep niet eens echt, maar imaginair. U heeft niet zozeer last van de filosofische implicaties van dit raadsel – diverse adequate oplossingen liggen voor de hand –, als wel van de macht die u uw broer toekent om uw oplossingen af te keuren. Wie denkt-ie wel dat-ie is? Soms een betere amateur-filosoof dan u? Zodra u hem laat opvliegen met z’n bord soep, bent u verlost van uw dwanggedachte.
De filosofische discussie is afhankelijk van het woordje ‘moet’ in de eerste zin. Als dat onderuit wordt gehaald, is de kern van de discussie weg. Als ik geen zin heb in soep, eet ik geen soep. Weg discussie :)