‘Sorry’ heeft een hoge gebruikersfrequentie. Beleefde mensen strooien er volop mee rond, achteloos, zoals roos die op schouders neerdwarrelt. ‘Sorry’, als je vluchtig langs een ander strijkt in een volle tram, als je iemands aandacht wil trekken, als je tegen iemand op botst, als je iets uit je handen laat vallen. Een grappige variant is ‘Sorry’ wanneer iemand ánders tegen je aanloopt met z’n winkelkarretje. Het klinkt merkwaardig om een excuus te ventileren voor ongerief dat je ondergaat, maar dit is geen persoonlijke verontschuldiging meer. Deze vorm van sorry is een algemene onderkenning van het feit dat er even ergens iets mis is gegaan en tegelijk is het de efficiëntste manier om de hobbel te passeren. Sorry voor dit, sorry voor dat versoepelt ontegenzeggelijk het menselijk verkeer, ook omdat het onder het mom van nederigheid de nodige afstand schept.
Dit geldt voor de kleine oneffenheden: gemorste wijn op kleding, gebroken vaasjes, blikschade. Naarmate er meer op het spel staat, fungeert het woord des te sterker als een clusterbom die in je gezicht kan ontploffen. In de ziekenhuiswereld is het notoir lastig voor slachtoffers om iemand excuses te ontfutselen. Chirurg zet patiënt verkeerde been af, bevalling leidt tot dode boreling, patiënt krijgt verkeerde dosis medicatie toegediend – de schade voor slachtoffers of nabestaanden is enorm. Er volgen schadeclaims, het medisch tuchtrecht komt er aan te pas, slepende procedures waar klagers zich in vastbijten, terwijl die escalatie voorkomen had kunnen worden als verantwoordelijken een oprecht ‘sorry’ over hun lippen hadden kunnen krijgen (maar dat doen ze niet, want daarmee zouden ze schuld bekennen).
Dit verhaal over slachtoffers die vergeefs smachten naar excuses, daar allang tevreden mee zouden zijn en bijgevolg zouden ophouden met de claims hoor je vaak. En ik geloof er niets van. Niet omdat ik de slachtoffers beschouw als geldwolven die uit zo’n zaak de boter willen braden, maar omdat ik vergaande twijfel heb over de waarde van een excuus na extreme schade. Zowel bij onopzettelijk als bij intentioneel handelen. De serieusheid van de schade overschaduwt de intenties.
Elk excuus staat per definitie in het teken van de zelfrechtvaardiging.
In geval van vreselijke medische fouten mag je ervan uitgaan dat een en ander niet de bedoeling was. Dat de schade een gevolg was van onoplettendheid, verkeerde communicatie een computerfoutje of wat dan ook. Elk uitgesproken ‘sorry’ kan niets anders zijn dan de constatering van het blote feit dat er iets helemaal mis is gegaan. Zou ik als slachtoffer blij zijn met dit ‘sorry’? Nee, want het lijkt me nogal wiedes dat er sprake is van een spijtige en betreurenswaardige gang van zaken. En aan de oprechte tranen van een chirurg zou ik ook geen behoefte hebben, want het zou vreemd zijn als die man níet de haren uit z’n hoofd trok van spijt en schuldgevoel.
Scheidend president van de Hoge Raad, Geert Corstens, meent dat verdachten in een strafzaak sorry moeten kunnen zeggen tegen slachtoffers of nabestaanden zonder dat zo’n excuus in juridische zin schuld impliceert. Volgens hem vergroot dat de kans op verzoening tussen de partijen. Alweer: ik geloof er niets van. Een dronken automobilist rijdt je kind dood. Een tasjesrover werkt je oude moeder tegen de vlakte die in coma belandt. Een overvaller berooft je met een mes. Al die lui worden gepakt, komen tot inkeer en zeggen sorry. Wat moeten slachtoffers daarmee? Of ze oprecht zijn of leugenachtig interesseert me helemaal niet, omdat elk excuus per definitie in het teken van de zelfrechtvaardiging staat: ‘sorry, slechte jeugd, verkeerde keuze, te veel alcohol gedronken, had het nooit moeten doen, begrijp je pijn, werd meegetrokken door mijn vrienden, gedroeg me als een klootzak, was mezelf niet.’ Het zal wel. Weg met die lui uit mijn leven. Aan excuses heb je alleen iets als het om iets onnozels gaat. Alleen dan worden ze ruimhartig verstrekt en aanvaard.
Sorry is niet het juiste woord als het om een ernstige fout gaat, maar oprechte spijt helpt natuurlijk wel, dat hebben we kunnen zien aan de Waarheidscommissie. Er zijn goede, helende ervaringen opgedaan met slachtoffers en daders die elkaar ontmoeten.