Net als van de roman wordt ook van het instituut huwelijk regelmatig de definitieve instorting aangekondigd. Telkens staat er weer een andere cultuurpessimistische criticus op die vindt dat er te veel slechte fictie uitkomt en dat het genre op z’n eind loopt. De slijtage van het huwelijk laat zich illustreren door het grote aantal echtscheidingen. Toch verschijnen er voortdurend uitstekende romans, terwijl de algemene trouwlustigheid ook niet bepaald afneemt.
Verschillende initiatieven worden ontplooid om de averij die het instituut huwelijk heeft opgelopen het hoofd te bieden. De op het oog radicaalste, maar in werkelijkheid slechts kosmetische, oplossing is om het hele huwelijk af te schaffen. Veel mensen, vooral in Scandinavië, hebben een anarchistische antipathie tegen het huwelijk, trouwen bijgevolg niet en gaan in plaats daarvan samenwonen. Vervolgens moet er toch van alles worden geregeld, wat heeft geleid tot het oprichten van een nieuw instituut, het geregistreerd partnerschap, dat na veel onderhandelen en juridische scherpslijperij inmiddels een wettelijk kader biedt met precies dezelfde rechten en plichten als het traditionele huwelijk. Behalve de naam is er dus niets afgeschaft.
In christelijk-evangelische kringen in Amerika worden jonge stellen met trouwplannen aangemoedigd om eerst een huwelijkscursus te volgen, voordat ze het jawoord uitspreken. Bij zo’n cursus kunnen stellen uitzoeken of ze eigenlijk wel geschikt zijn voor elkaar en zo nodig zichzelf bijspijkeren in communicatieve vaardigheden. De hoop is ook dat verliefden zullen afzien van hun voorgenomen huwelijk, wanneer de consulent tekenen van toekomstig falen meent waar te nemen. Klinkt goed in theorie, maar in de praktijk laten mensen zich natuurlijk niet de wet voorschrijven over zoiets persoonlijks als partnerkeus.
Een andere optie is om het huwelijk nominaal in stand te houden met loslating van het principe van de huwelijkstrouw. Ook hier meer theorie dan praktijk. Wie zonder ideologie overspel pleegt brengt z’n huwelijk in gevaar, maar wie ideologisch gesanctioneerd ontsnapt aan het keurslijf van de huwelijkse trouw, bijvoorbeeld in een open huwelijk of in een systeem van polyamorie, roept ook complicaties over zich af, al was het maar omdat de kinderen er last van hebben. De vrije-seks-vrije-liefde-richting is sowieso een te marginaal verschijnsel om het tot hoofdstroom te brengen.
Geagendeerde functioneringsgesprekken in het huwelijk zijn zinloos.
Een recent idee is de mogelijkheid van de periodieke huwelijksevaluatie. Volgens filosofe Joke Hermsen, die in verschillende kranten aan het woord kwam over de crisis van het instituut huwelijk, moeten mensen gezien de echtscheidingsstatistieken af van het idee dat het huwelijk een levensverbintenis is. Ze dienen hun verwachtingen naar beneden bij te stellen. Een driejaarlijkse herkeuring, een soort APK voor het huwelijk, lijkt hiervoor een fijn instrument. Op gezette tijden kunnen stellen hun contract verlengen met drie jaar, dan wel het contract beëindigen en in vrede uit elkaar gaan. Dit alles met het oog op het welzijn van de kinderen die niet gebaat zijn bij vechtscheidingen.
De huwelijks-APK combineert het antiburgerlijke sentiment van de Scandinavische aanpak met de naïef-optimistische ‘als je er samen over praat komt alles in orde’-houding van de evangelische christenen. Mensen die uit elkaar willen hebben daarvoor geen keuringsmoment nodig. Mensen die bij elkaar willen blijven hebben ook geen behoefte aan geagendeerde functioneringsgesprekken. Die houden ze wel wanneer het hun uitkomt.
Dit gesleutel aan het huwelijk berust op de misvatting dat de hoge echtscheidingscijfers te wijten zijn aan een fundamentele weeffout binnen het instituut huwelijk. Maar er wordt alleen maar zo veel gescheiden, omdat de economische omstandigheden dit toelaten. Met het huwelijk zelf is niet zo veel mis. Zoals de democratie de minst slechte van alle denkbare staatsvormen is, bestaat er voor het huwelijk ook geen reëel alternatief.
Beste Beatrijs,
Mooi pleidooi voor het huwelijk en de instandhouding ervan!
Toch heb ik mijn bedenkingen, waarschijnlijk gekleurd door ons eigen polyamoreuse leventje, maar dat terzijde.
Ik ben zeer benieuwd hoe je tot de conclusie komt dat kinderen last hebben van polyamorie of een open huwelijk en op welke manier dan wel?
“Wie zonder ideologie overspel pleegt brengt zn huwelijk in gevaar, maar wie ideologisch gesanctioneerd ontsnapt aan het keurslijf van de huwelijkse trouw, bijvoorbeeld in een open huwelijk of in een systeem van polyamorie, roept ook complicaties over zich af, al was het maar omdat de kinderen er last van hebben”
Al meer dan 10 jaar getrouwd en weer opnieuw verliefd, dat zijn wij, juist door polyamorie.
Op de vraag van oma -zelf gescheiden- aan onze dochter waar zij zou willen wonen als pappa en mamma zouden scheiden was haar enige antwoord: “Mijn pappa en mamma gaan niet scheiden want die zijn verliefd.”
Wat is er nou beter voor kinderen dan blije, betrokken ouders die goed in hun vel zitten? Al dan niet omdat ze elkaar en hun kinderen alle liefde van de wereld gunnen.
Ik zeg ieder het zijne, we zijn niet allemaal gelijk, gelukkig niet. Maar laat elkaar wel alsjeblieft in hun waarde! Er is geen wondermiddel voor iedereen…
Groetjes,
Hub
Als er gescheiden wordt zodra de economische toestanden het toelaten is het huwelijk blijkbaar niet zo prettig om in te verblijven. Het lijkt me dus dat er met het huwelijk heel veel mis is.