Beste Beatrijs,
Onze zoon (negen jaar) is sinds een half jaar bevriend met een jongetje van acht dat hier in de buurt woont. Ze spelen heel leuk samen en kunnen goed met elkaar overweg. Nu heeft dat vriendje een broertje van vier jaar en die wil altijd meespelen. Daaruit ontstaan vaak frustraties, onbegrip en ruzies tussen die drie. De paar keer dat de kleine mee kwam, trok hij al het speelgoed uit de kast, de twee grotere jongens keken niet naar hem om en uiteindelijk zat ik met die kleine aan de keukentafel te tekenen. Het probleem is dat die moeder vindt dat niemand buitengesloten mag worden. Zij wil dat haar jongste altijd mee mag doen. Zo kunnen die twee oudere kinderen nooit eens ongestoord samen zijn. Ik heb al een poging gedaan tot een gesprek over de leeftijdsverschillen maar dat komt niet aan. Ik wil niet op de kleine passen maar ik wil wel graag het vriendje bij ons laten spelen. Wat kan ik doen?
Verplicht driemanschap
Beste Verplicht driemanschap,
Een leeftijdsverschil van vier jaar is heel groot voor zulke jonge kinderen. Achtjarigen hebben andere interesses en spelen anders dan vierjarigen. Het niet buitensluiten van jongere kinderen is een mooi principe dat dagelijks in de huiselijke kring vanzelf aan bod komt, maar daarnaast moet kinderen ook het hunne worden gegund. Ze moeten de vrijheid hebben om er eigen sociale contacten op na te houden, zonder dat daar altijd broertjes of zusjes omheen zwermen. Het is niet goed om een ouder kind voortdurend met de verantwoordelijkheid voor een jonger broertje of zusje op te zadelen.
Ga nogmaals met die moeder spreken. Over hoe het bij dat vriendje thuis toegaat als uw zoontje daar over de vloer is, hebt u natuurlijk niets te zeggen, maar in uw eigen huis wel. Vertel de moeder dat u blij bent dat haar en uw zoon het goed met elkaar kunnen vinden en dat u met plezier haar oudste bij u thuis ontvangt. Vraag haar of ze het broertje niet meer met hem mee wil sturen. Leg vriendelijk uit dat het voor uw zoon en z’n vriendje niet leuk is om altijd die kleine op hun nek te hebben. Bovendien draait deze opzet eropuit dat u als entertainer voor de jongste moet optreden en daar zit u ook niet op te wachten. Suggereer de moeder dat het voor haar jongste leuker zal zijn om met eigen vriendjes te spelen, in plaats van altijd tot z’n grote broer veroordeeld te zijn. De kleine is vier jaar en gaat dus naar school. Zo moeilijk kan het niet zijn dat hij een klasgenootje mee naar huis vraagt om te spelen. Het is voor alle kinderen, of ze nu jong of ouder zijn, belangrijk om eigen vriendjes te hebben.
Als andere kinderen bij ons komen spelen met mijn oudste zoontje (5) dan moeten ze mijn jongste zoontje (3)
mee laten spelen, het is ook zijn huis. Maar gaat de oudste ergens anders spelen (bij ZIJN) dan moet de jongste zich toch echt thuis alleen zien te vemaken. Dit lijkt me een gezond compromis.