Beste Beatrijs,
Een vriendin van ons geeft al jaren reeds gebruikte verjaardagscadeautjes: meestal boeken die duidelijk uit haar eigen kast geplukt zijn, en die niet mijn interesse of die van mijn man hebben. In het voorjaar kreeg hij een damesroman, terwijl hij houdt van detectives en science fiction. Het laatste boek dat ik onlangs van haar kreeg was de bekende druppel. Het was reeds gelezen en zat in een verfrommeld papiertje.
Er is geen sprake van geldgebrek, integendeel – in dat geval zou ik me niet ergeren. Binnenkort is zij zelf jarig. Haar wens: een staafmixer. Ik wil stoppen met het geven van cadeautjes, die niet in verhouding staan met wat ik van haar krijg.
Wat zal ik haar nu geven?
Beste Wat zal ik?
Liefdeloze cadeautjes zijn erger dan helemaal geen cadeautjes. Onder tweedehandsboeken (of ze nu uit eigen kast of uit het antiquariaat komen) kunnen zich de schitterendste juweeltjes bevinden, maar dat uw vriendin uw man afscheept met een genre waar hij niets om geeft is een teken van desinteresse, dat grenst aan de belediging. Laten we, om niet meteen van kwaadwilligheid uit te gaan, aannemen dat haar gebrek aan belangstelling de traditie zelf van het cadeautjes geven betreft, en niet de persoon van u en uw man. Met een beetje wringen zou haar prozaïsche staafmixer-wens uitgelegd kunnen worden als een poging het u makkelijk te maken: bespaar je de moeite iets leuks te zoeken, geef gewoon iets wat ik nodig heb. Leg deze aansporing rustig naast u neer. Neem uw vriendin serieus op haar gedrag, niet op haar woorden. In haar gedrag laat ze zien dat cadeautjes haar niet interesseren. Het is voor haar niet meer dan een lastige plichtpleging. Er bestaat voor u dus in het geheel geen noodzaak om attente, laat staan begrotelijke cadeautjes te overhandigen. Neem bij haar verjaardag een eenvoudig bosje bloemen mee en laat het daar bij. Reken voor uzelf nergens meer op. Men kan best bevriend zijn zonder cadeautjes.
Heb je ooit de verhalenbundel van Ephraim Kishon “Ark van Noach” weleens gelezen?
Dan weet je wat er gebeurt met cadeautjes in de kast om aan een ander te geven.
==
“Een historisch doosje chocolade
’t Is een kwestie van organisatie. In een muurkast, keurig verdeeld in vakjes, bewaren we alle rommel, die in de toekomst wellicht als cadeau dienst kan doen. Wanneer er weer een stuk binnenkomt wordt het met zorg gesorteerd en geregistreerd. Baby-spul gaat onmiddellijk naar de afdeling besnijdenissen, onhandelbaar grote boeken in de bar-mitswa-la, onbruikbare vazen naar de ‘huwelijken’, gebroken bloempotten naar verjaardagen’, afgrijselijke asbakken naar ‘housewarmings’ enzovoort, enzovoort. En waarmee verblijdde een goede gever ons daarna weer. Op een donderdagmiddag wipte Benzion Ziegler bij ons aan en hij offreerde ons een doosje chocola, van het bekende genre waarvan de deksel is verlucht met een wondermooi en duidelijk maagdelijk meisje, omringd door bloemen in Technicolor. Wij waren diep geroerd door deze attentie – al was het maar omdat dit veelzijdige geschenk bruikbaar was voor praktisch alle gelegenheden, van Nationale Feestdagen tot zilveren Bruiloften. Vergezeld van onze beste wensen ging het dan ook in het vakje ‘DiverseRommel’. Doch toen greep het noodlot in. Geheel onverhoeds voelden we een diep verlangen naar chocolade in ons groeien – een knagende honger, die slechts kon worden gestild door er terstond aan toe te geven.
Met bevende handen scheurden we het cellofaan los, openden we het doosje en aanschouwden we ongeveer twaalf chocoladekleurige kiezelsteentjes, bedekt met groen mos. ‘Dacht ik het niet ?’ zei mijn vrouw. ‘Die chocola komt rechtstreeks van de antiquair.’ Aan een stijgende woede ten prooi wierpen we ons op de asgrauwe Benzion Ziegler, die aanvoerde dat hij de chocola ook maar had gekregen -vorig jaar, van een goede vriend, toen hun baas naar elders was overgeplaatst. We belden de goede vriend op en vroegen waar die chocola in ’s hemelsnaam vandaan kwam. De goede vriend stotterde dat het een cadeautje was van Click, de ingenieur, ter gelegenheid van de overwinning in de Sina. Verder! De ingenieur bleek het doosje te hebben gehad van zijn schoonzuster -bij de geboorte van zijn thans acht jaar oude tweeling. De schoonzuster had het gekregen van Goldstein (1953), Goldstein van Clazer, Clazer van Stelmach, Stelmach van Ilka, onze bloedeigenste tante nota bene, die het weer had gekregen van …nee, wacht nou even… ja, inderdaad, van ons ter viering van het feit dat zij haar grijze vloertegels had vervangen door witte.
Dat was in 1951. Stel u even voor! Dit simpele doosje chocolade was vrijwel het hele land doorgegaan en had een pad van vreugde getrokken langs elk nieuw betrokken huis en elke eerste steen. Wij delen het publiek bij deze mede dat het enige Israëlische doosje chocolade dat in Israël als cadeau fungeerde na een jarenlange trouwe dienst uit de circulatie is genomen. Iemand moet een nieuwe kopen en de kettingreactie van goedgeefsheid opnieuw doen starten.”
Ik geef vervelende cadeaus altijd weg, zonder ‘feest-gelegenheid’, die geef ik nooit door.
Ik koop wel heel vaak tweedehands dingen voor anderen.
Er zit op de een of andere manier zoveel diversiteit in die winkel, dat het makkelijker is om iets te vinden.
Je weet of iemand het leuk of afschuwelijk vind. Veel dingen in de winkel zijn óf leuk, of afschuwelijk.
Maar zodra ik iets tweedehands geef, zorg ik ervoor dat er meer werk in de kaart zit, zelfgemaakt bijv. Of een gedicht op de kaart, of heel mooi ingepakt.
Het moet altijd 100% zijn. 20% geld en 80% persoonlijke aandacht, of 30% geld en 70%..etcetera. Als het maar mooi is, maakt het niet uit hoeveel het kostte.
(Tweedehands spullen wel goed schoonmaken. Dat is belangrijk.)
Als je voldoende op de hoogte bent van iemands smaak, doe je diegene (of jezelf) een geweldig plezier met een boek dat al in geen eeuwen meer te koop is, maar dat je op de boekenmarkt op de kop hebt getikt. En dan mag er best de naam van een vorige eigenaar in staan.
Mijn zwager en zijn broer zijn een dag na elkaar jarig, m’n zwager zette een kruisje op het cadeau dat hij z’n broer gaf om daarmee aan te kunnen geven wat een onzin het was om cadeau’s uit te wisselen en inderdaad: hij kreeg zijn eigen gegeven cadeau (zoals elk jaar) terug. Daarmee was deze onzin meteen afgelopen en is het verworden tot een succesverhaal op o.a. verjaardagen.