Beste Beatrijs,
Sinds enige tijd noemen onze dochters (van acht en zes) ons af en toe bij de voornaam: ‘Ankie’ en ‘Wim’ in plaats van ‘mama’ en ‘papa’. Wat begon als grap, overgenomen van andere kinderen, gebeurt steeds meer vanzelf. Ik schonk er aanvankelijk niet zo’n aandacht aan – tenslotte word ik door andere kinderen die hier over de vloer komen ook bij mijn voornaam genoemd – maar bij nader inzien bevalt het me toch niet zo. Mijn man zegt dat het hem niks uitmaakt, zolang ze het maar niet over ‘ouweheer’ hebben. Volgens hem is het gebruik van voornamen, net als tutoyeren, een teken van intimiteit. Maar ik vind het juist afstandelijk klinken, hoewel ik weet dat de kinderen het niet zo bedoelen.
Heimwee naar het M-woord
Als de koningin ‘majesteit’ genoemd wil worden, dan wordt ze ‘majesteit’ genoemd. Als Amerikaanse zwarten van ‘colored people’, via ‘blacks’, via ‘Afro-Americans’ naar ‘African-Americans’ willen switchen, dan hebben anderen dat te respecteren. Als de wiskundeleraar niet als ‘Egbert’ of ‘Johannes’ maar als ‘meneer van Zoeten’ door het schoolleven wil gaan, dan staat hij in zijn recht. Hetzelfde geldt voor u, als u ‘mama’ wil heten voor uw kinderen. De wens van de aangesprokene prevaleert altijd boven de voorkeur, de opinie of de gril van degene die aanspreekt. Nu ja, bijna altijd. Uitzonderingen bevinden zich in de sfeer van heerszucht en leugens. Bullebakken op het schoolplein bijvoorbeeld die kleintjes terroriseren en hen dwingen om ‘meester’ te zeggen. Of nare stiefmoeders die de doodzonde begaan om voor zichzelf de naam ‘moeder’ op te eisen.
In een aanspreektitel moet de waarheid doorklinken. Uw voornaam is de waarheid, maar ‘moeder’ of ‘mama’ is een intiemere waarheid. De boze stiefmoeder met haar leugenachtige claims is vooral bekend uit sprookjes. De moderne stiefmoeder van vlees en bloed kijkt wel linker uit om zich ‘moeder’ of ‘mam’ te laten noemen. Net als de meeste schoonouders trouwens. Voornamen zijn veiliger onder niet-bloedverwanten.
De gevoeligheid van kinderen voor het ten onrechte voeren van de moeder-titel is een reden om hem in rechtmatige gevallen juist wel te gebruiken. ‘Moeder’ is het oudste archetype. Iedereen heeft er eentje, ook al stierf ze in het kraambed. Het woord geeft een unieke betrekking aan (een mens heeft maar een moeder) en door de associaties met onvoorwaardelijke liefde heeft het een krachtige symbolische lading. In modern reclamejargon zou men spreken van een onverwoestbaar merk, dat je niet onder een andere vlag moet laten varen. Een roos ruikt minder lekker, wanneer je er ‘paardenbloem’ tegen zegt.
Een kind heeft vele bekende volwassenen om zich heen. De geringe sociale afstand weerspiegelt zich in tutoyeren en voornaamgebruik. Dat is allemaal reuze gezellig en gelijkwaardig, maar er blijft een verschil tussen al die jofele, minzame volwassenen en het kind z’n eigen vader en moeder. Je mag in ieder geval hopen dat de ouder-kind-verhouding net iets unieker is. Mensen in doodsnood roepen om hun mammie en niet om de een of andere voornaam.
Zeg tegen uw kinderen dat u de grap niet leuk meer vindt en voer de door u geprefereerde aanspreekvorm weer in. Leg uit dat u zich net de buurvrouw voelt, als zij ‘Ankie’ zeggen. Na een maand van vergissingen en verbeteringen zijn ze gewend aan hoe u het hebben wilt.
Tegen mijn kinderen heb ik altijd gezegd dat zij de enigen op de wereld zijn die ons papa en mama kunnen noemen en dat wij het geweldig vinden dat zij onze kinderen zijn! Ook nu ze 50 en 52 zijn vinden we het nog heerlijk dat ze Pap en Mam tegen ons zeggen!! De rest van de wereld zegt onze voornaam!
Bij ons thuis was de regel: this zeg je mama, in de winkel gebruik je de voornaam. Zo hoefde mijn moeder niet op te kijken bij elk kind dat “maaaamaaa” riep, en als we elkaar kwijt raakten dan kon er een naam omgeroepen worden. Zelden nodig gehad, maar wel handig.
In de winkels reageerde ik vroeger ook altijd op álle kinderen want ja, iederéén heet dus mamma en ik hoorde het verschil in al die stemmetjes dus niet. Mijn toenmalige man vond pappa en mamma prettig om te horen, ik niet. Ik heb de kinderen toen geleerd om mij met mijn naam aan te spreken. Ik vind dat veel prettiger. Eigenlijk vond ik het al verschrikkelijk dat ik met de geboorte van mijn oudste kind ineens mijn naam kwijt was en een algemene titel als ‘mamma’ zou moeten aannemen. ‘Oma’ zal ik ook zeker niet worden, vreselijk ! Wat een toneelstuk zeg. Ik ben gewoon Quirine voor iedereen en dat zal ik altijd blijven. En intimiteit of autoriteit ? Dat bepaal je met je houding, zéker niet met de één of andere domme titel.