Spring naar inhoud


Regenwoud

Beatrijs Ritsema

Laatst ving ik een treffende dialoog op. Man tegen twaalfjarig meisje: 'En, wat wil jij later worden?' Meisje: 'ik wil werken in het regenwoud.'

Ik zie het arme kind al staan met een hark en een schoffel onder een wortelboom, waar net een anaconda onderuit piept, in een wolk van naargeestige muskieten. Dit lijkt in het geheel niet op de tropisch regenwoud display, zoals die te bewonderen valt in veel moderne dierentuinen. Waar die naamsverandering precies vandaan komt weet ik niet, maar sinds een jaar of tien luidt de term bij voorkeur 'tropisch regenwoud', een aanduiding die toch sterker associaties wekt met een kinderboerderij dan het voorheen gebruikelijke 'jungle' of 'oerwoud'. Terwijl de jungle doorging voor een broeierig oord vol gevaren (in vergelijkingen als 'de politiek, de raad van bestuur, de literaire scene, de tienertijd is een jungle' houden deze associaties stand), roept het tropisch regenwoud de beschermingsinstincten wakker. Koesteren als een aardbeienveldje dat gered moet worden van een nieuwe snelweg, daar lijkt het nog het meest op.

Juist dat duidelijke onderscheid in good guys (de milieuactivisten, de bedreigde diersoorten) en bad guys (de houthakkers, de rundvleesproducenten) maakt het regenwoud zo'n aansprekend onderwerp voor basisschoolkinderen. Vanaf de kleuterschool tot een jaar of twaalf is het een van de belangrijkste thema's die elk jaar weer onder handen worden genomen. Het verenigt in zich de hang naar romantiek en avontuur, het plezier in elementaire wetenschap en de toepassing van simpele goed/fout-categorieën.

Het maakt een klaslokaal gezellig met al die groen geverfde papieren lianen die van het plafond hangen, de bedreigde diersoorten netjes ingekleurd in hun biotopen aan de muur, geflankeerd door het lijstje met suggesties voor 'how to save the earth' in keurig schooljuffrouwenhandschrift. Het heeft natuurlijk ook iets vreselijk sentimenteels en het hele gedoe begint zelfs de richting van oplichterij op te gaan, wanneer, zoals laatst gebeurde, de klas van mijn zoontje in actie kwam 'to adopt an acre of rainforest'. Hiervoor werden ze uitgenodigd een paar kwartjes zakgeld af te staan en verkochten ze op het schoolplein zakjes (c) rain forest snacks (l) (een mix van noten en gedroogde vruchten) aan de ouders die de ingrediënten zelf gefourneerd hadden. Met de opbrengst (meer dan 50 dollar zal het niet geweest zijn) zou een gebied van ongeveer 4000 vierkante meter regenwoud geadopteerd worden. Je moet kinderen hun enthousiasme voor iets lofwaardigs niet bederven, dus ik hield mijn cynisme voor me, maar bedenkelijk vond ik het wel. Kinderen denken letterlijk en zien het Amazonia uit de dierentuin voor zich, zonder glazen koepel maar met een hek eromheen en een bordje erbij 'Property of first grade, Hearst School. Keep out!'

Een ander gevolg van de regenwoud-manie is een preoccupatie met de eindigheid der dingen. 'Komt er ooit een eind aan de zuurstof?' vraagt mijn zoontje, en ik kan de vraag rechtstreeks traceren naar de lessen over de regenwouden als longen van de aarde, een notie waarvan ik weet dat die niet klopt, maar het tegenspreken ervan is me te ingewikkeld. 'En wat, als al het water op is?' vraagt hij. En ik hoor zijn juf kwinkeleren over druppende kranen dichtdraaien, douchen in plaats van een bad, de oprukkende woestijnen. De lessen over de tijd van de dinosaurussen liggen nog vers in het geheugen, en die combinerend met de alarmerende berichten over koningstijgers en walvissen, vraagt hij: 'Komt er een eind aan de tijd van de olifanten? Komt er een eind aan de tijd van de mensen? Komt er een eind aan de zon?' Het zijn vragen die ik wel bevestigend moet beantwoorden, al voorzie ik ze van de geruststellende 'dat duurt nog heel erg lang, hoor'-pleister.

Vroeger lagen de christelijk opgevoede kinderen zich 's nachts in hun bedjes zorgen te maken over hemel, hel en zondigheid en hoe ze er zelf in dezen voor stonden. Het regenwoud is de moderne katechismus met de makake-aapjes in de rol van bedreigde profeten. Maar allà, zesjarigen leggen zich voor het eerst in hun leven toe op wat weidsere bespiegelingen en als ik voor hen moet kiezen tussen particuliere zondigheid en de eindigheid der dingen, dan is de keus niet moeilijk. Leve de filosofische implicaties van het tropisch regenwoud.

Artikelen in NRC-column.


0 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.



Sommige HTML is toegestaan