Beste Beatrijs,
Mijn buurmannen van links en van rechts, die met elkaar bevriend zijn, houden sinds de coronatijd borrels over de schutting, met onze tuin daartussenin. Ik schrik me elke keer rot als ineens hun koppen boven de schuttingen uitsteken en voel me ontzettend bekeken en opgelaten als ik in mijn tuin zit. Weet ook niet wat ik moet doen: naar binnen vluchten? Blijven zitten en net doen alsof ik een boek lees? Meestal zeg ik beleefd ‘Hoi’ en ga naar binnen. Ik vind het vervelend en confronterend om hen erop aan te spreken dat ik me hier niet zo prettig bij voel. Het zijn overigens helemaal geen vervelende mensen – blijkbaar zien ze dit gedrag totaal niet als iets bezwaarlijks. Misschien stel ik me ook wel aan. Ik wil het ook niet te groot maken. Hoe zou ik hierop kunnen reageren?
Over twee schuttingen
Beste Over twee schuttingen,
Uw twee buurmannen, links en rechts, houden een borrel met elkaar over uw hoofd heen. Kennelijk praten ze dan met elkaar, terwijl u ertussen zit. Daar zal onvermijdelijk enige stemverheffing van de heren aan te pas moeten komen om de afstand te overbruggen en dat lijkt me heel onprettig voor u. Alsof u in een tandartsstoel ligt, terwijl tandarts en assistent over de patiënt heen het weekend met elkaar doornemen. Daar kunt u gerust iets van zeggen, hoor! Vraag hen vriendelijk of ze hun sociale ontmoetingen in één tuin kunnen laten plaatsvinden (de een kan makkelijk bij de ander in de tuin gaan zitten met een paar meter tussenruimte), omdat u het niet fijn vindt, als er over uw hoofd heen een gesprek wordt gevoerd. Van zo’n verzoek zullen ze vast de redelijkheid inzien.
Jemig… hoe bot kun je zijn als buren om letterlijk, bewust iemand zo over het hoofd te zien?! Bij mensen die dit gedrag vanzelfsprekend vinden vind ik de aanname van Beatrijs omtrent redelijkheid echt té optimistisch.